London Calville.
Zeer oude Engelsche appel en volgens ,,De Nederlandsche Boomgaard" reeds in 1580
bekend.
Vrucht: Middelgroot, breeder dan hoog, gelijkvormig, met bij de kelk 5
sterk sprekende ribben.
Kleur: Dof groen, bij rijpheid groengeel met aan zonzijde gebronsd,
soms plaatselijk roestig.
Kelk: Vrij groot, gesloten in vlakke kelkholte.
Steel: Dun, matig lang, vrij diep ingeplant.
Vruchtvleesch: Groenachtig wit, saprijk, zachtzuur met aangenaam aroma.
Klokhuis: Normaal, matig met zaden bezet.
Gebruikstijd: Januari - April.
Zeer goede winterappel.
Boom groeit matig, vormt een breede kroon. Geschikt voor
struikvorm.
Kan op alle onderstammen worden veredeld, voldoet goed op de zwakkere typen.
Geschikt voor de betere gronden.
Bloeitijd middenvroeg. Gelijke bloeiers o.m.: Yellow
Transparant, Keswick Codlin,
Early Victoria, Bramley's
Seedling, Jonathan,
Laxton's Superb.
Is op jeugdigen leeftijd matig vruchtbaar. Later vrij regelmatig.
Vatbaar voor schurft.
De London Pippin is weinig verbreid. Is echter voor de goedverzorgde
bedrijven een aanbevelenswaardige variëteit op zwakken onderstam. De groei
is slechts matig, doch de vruchtbaarheid regelmatig. Heeft groote waarde
wegens de goede houdbaarheid der vruchten, welke zonder verlies tot ver in
het voorjaar kunnen worden bewaard.