Gewonnen door P. J. G. Aarts te Bergeyk en in 1934 door
hem in den handel gebracht.
Vrucht: Groot, regelmatig gevormd, ongeveer even hoog als breed.
Kleur: Groen, met sterk rood gekleurd aan zonzijde, regelmatig bezet met
grijze stippen. Bij steel iets roestig.
Kelk: Vrij groot, half open in matig diepe, breede kelkholte.
Steel: Matig lang, vrij dun, matig diep ingeplant.
Vruchtvleesch: Wit, saprijk, neutraal zuur.
Klokhuis: Normaal, matig met zaden bezet.
Gebruikstijd: Januari - Maart.
Boom groeit zeer sterk, vormt een groote breede kroon.
Geschikt voor struikvorm. Kan veredeld worden op alle onderstammen, behalve
type IX.
Is vermoedelijk minder geschikt voor den zwaren kleigrond.
Bloeitijd middenvroeg. Gelijke bloeiers o.m.: Glorie van Holland,
Signe
Tillisch, Jonathan, Schöner von Nordhausen.
Vruchtbaarheid vroeg en goed. Draagt regelmatig.
Is niet bijzonder vatbaar
voor bepaalde ziekten.
Pater van den Elzen is in de eerste jaren zeer sterk verspreid en algemeen
beproefd. De resultaten loopen sterk uiteen. De smaak van de vrucht laat
dikwijls te wenschen over.
De boom groeit sterk en is vruchtbaar. De vruchten worden door het mooie
uiterlijk door den handel gewaardeerd. De appel is goed houdbaar en wordt
als moesappel gewaardeerd.